zondag 5 oktober 2014

Mijn buurvrouw

Ik mag niet klagen over mijn buren. Aan de ene kant een gezellig koppel die zowat in dezelfde levensfase zitten als mijn vrouw en ik (maar met een iets minder groene vingers), aan de andere kant een actieve gepensioneerde vrouw die behoorlijk staat op de netheid van haar huis, tuin, stoep. Ze schuurt bijvoorbeeld elke lente haar terras af met javel, want het moet proper zijn.

Soms heb ik wel eens medelijden met haar. Ze werkt zo hard om alles proper in orde te krijgen, terwijl ze amper de tijd neemt om ervan te genieten. Want wat heb je aan een tuin waar je enkel maar in komt om hem in orde te zetten, maar waar je nooit in gaat zitten en genieten? Op die jaarlijkse tuinfeestjes na (ik ben altijd blij als ik de party tent zie verschijnen in haar tuin, dan weet ik dat er toch genoten gaat worden van dat harde werk!).

Vroeger als Sig!s haar moestuintje wat teveel overwoekerde, kreeg ik binnen de week de vraag of ik het onkruid niet een beetje kon temperen? Het zou haar tuin namelijk kunnen 'besmetten'.  Toen we bezoek kregen van een mol, bleek die een lichte voorkeur te hebben voor haar proper onderhouden gazonnetje i.p.v. een iets - euh, natuurlijker - tuintje van ons. Ik kreeg ik zowaar compassie met haar.

Laat het ons even samen vatten, mijn gepensioneerde buurvrouw is een vrouw die graag een beetje bij kletst op straat of over de omheining in de tuin. Maar ze houdt hoegenaamd niet van alles wat eigen is aan 'den buiten'. Marters, egels, mollen, hommels, muizen, ... het is allemaal ongedierte van op dat verdomde stuk braak achter onze tuinen.

Op het moment dat ik besliste om bijen te houden, hield ik het dan ook angstvallig stil voor haar. Pas een paar weken voor het arriveren van mijn volkje in de tuin heb ik haar op de hoogte gebracht. Voor ik het haar vertelde had ik mijn voorzorgen al genomen. Mijn bijen staan opgesteld op 2 meter van de scheidingslijn met mijn buurvrouw, de vliegopening naar het zuid-oosten gericht (toevallig recht op haar tuin). Niet bepaald een goed uitgangspunt om een vertrouwensband met de buurvrouw op te bouwen, vreesde ik.

Net om die reden heb ik op de plaats waar mijn bijenkast staat de open afsluiting vervangen door een 1,5 m hoge schanskorf gevuld met houtschors. Zo worden de bijtjes toch verplicht om over haar te vliegen als ze bijvoorbeeld haar gras af rijdt.

Vandaag staat mijn kastje er ongeveer twee maanden. De buurvrouw heeft al regelmatig haar gras afgereden, net als vandaag. En nog nooit heeft ze geklaagd. Zo vroeg ze eens of mijn bijtjes binnen zaten. Ik heb haar verteld dat ze maar eens mocht komen kijken. Er was nog steeds behoorlijk wat activiteit. Een perfecte kans om nog eens uit te leggen dat bijtjes niet geïnteresseerd zijn in het treiteren van mensen. Ze vliegen steeds recht op hun doel af: de bloemen en planten in de buurt.

Ze vertoont een meer dan verwachte interesse in mijn bijtjes. Haar vriendin heeft zelfs een foto van mij genomen toen ik aan het 'bladeren' was in mijn kast. Ik kan me nu haast niet meer voorstellen dat ik een paar maand geleden schrik had om het haar te vertellen.

Of zou het beloofde potje honing er voor iets tussen zitten?


donderdag 4 september 2014

Op bezoek bij de Jef

Donderdag 28 augustus was het zover: om 15u had ik afgesproken met Jef, mijn imkerpeter.

Het plan? Eens samen door zijn kasten 'bladeren' om wat bij te leren.

Daar aangekomen had ik het meteen gezien: De Jef is zoals de meeste imkers die ik al ontmoet heb géén stressy type. Mijn kapruin leg ik op een stapel planken en ik wandel samen met hem zijn bijenhal binnen. Hij in zijn werkplunje (lange broek en hemd met lange mouwen), ik in mijn jeans en hemd met opgerolde mouwen.

Er staan zo'n 8 kasten in zijn hal en de bijtjes vliegen al duchtig rond mijn hoofd. Ik besef dat ik geen zin heb in een steek (na mijn laatste steek) en begin me een beetje bang af te vragen of hij zonder meer een kast gaat opentrekken zonder enige vorm van bescherming. Ik zie immers geen enkele vorm van kapruin in zijn nabijheid :-S

Eerst maken we als echte imkers wat kennis door te vragen welk type kast ik gebruik en te vertellen welk type hij gebruikt. Ik gebruik, zoals vele imkers in België, een simplex kast gewoon hoogsel. Je kan ook met halve hoogsels werken maar daar zie ik, voorlopig, het nut nog niet van in.

Jef gebruikt Dadant kast met zowel halve als hele bakken. Hij vond het een goed plan van me om met simplex te starten. Zoals de naam al doet vermoeden heeft dit type kast heel wat voordelen waardoor het "simpeler" is om te imkeren. Vierkante bakken, middelmatig grote ramen (niet te groot niet te klein),...
Jef vond zijn Dadant ramen te groot waardoor volle bakken te zwaar werden. De halve maat is dan weer mini :-) Maar toen hij begon was je geen imker als je met simplex imkerde...

Daarna stelt hij voor om wat kasten open te maken. Ik vraag een beetje beduusd of hij zonder bescherming werkt aan zijn bijen? Waarop hij lachend antwoordt: "nee... ik draag een volledig pak met handschoenen." Ik vraag een beetje vreemd opkijkend: "ook altijd handschoenen?" Waarop hij doodleuk en bloednuchter antwoordt: "ja... ik laat me niet graag prikken"

Ik doe mijn mouwen naar beneden en tracht handschoenen over mijn hemd te trekken, mijn mouwen zijn niet erg lang waardoor er vele openingen ontstaan tussen handschoenen en hemd... ook tussen elk knoopje zou potentieel een bijtje kunnen infiltreren... nee... ik heb het gehad, mijn besluit staat vast! Ik koop me een imkerspak (bovenstuk) met leren handschoenen, en liefst nog vandaag :-)

Voordelen volgens mij van het imkeren met pak vs zonder pak:
  • je hoeft je geen zorgen te maken over eventuele prikken (dit mag dan wel gezond zijn, maar is telkens enkele dagen niet aangenaam)
  • je hebt een duidelijk pak dat je enkel gebruikt om aan de bijen te werken (propolis en honing zijn niet bepaald proper om mee te werken)
  • je werkt veel rustiger en kan optimaal genieten van de bijen.
  • zorg wel voor goed aansluitende handschoenen.
maar dus... voor mij nog een laatste keer 'bladeren' in de kast zonder afdoende bescherming :-)

Bij het openen van drie kasten heb ik het volgende geleerd:
  • je begint best bij de rand en zo naar het midden (de koningin zit immers meestal niet aan de rand)
  • neem een lege bak en plaats daar voorlopig de ramen in die je eruit haalt.
  • een goed gevulde kast is ECHT goed gevuld, het lijkt of er geen bijtje meer bij kan!
  • open broed herken je door een witte schijn (het mini-larfje is bedekt met doorzichtig voedsel)
  • zolang er open en gesloten broed aanwezig is, is de koningin in orde en hoef je ze niet nodeloos te zoeken.
  • de middelste ramen steken de bijen het snelste vol voeding, je kan eventueel een vol voeding raam vervangen met een leeg raam aan de zijkant. (niet met broed doen!)
  • haal nooit meer ramen uit je kast dan nodig. Gun je bijen wat tijd.
Tussen het bekijken van de ramen door vraag ik Jef nog wat uit, ik vertel hem trots over mijn varroa telling en dat ik op 24u tijd 'maar' 30 gevallen mijten tel. Waarop Jef doodleuk zegt: "oei! dan zou ik meteen behandelen!" Ik vraag of hij er niet mee aan het lachen is... en nee hoor. Bij een gezonde kast mogen er op 24u tijd maar maximaal 3 tot 4 mijten vallen. En 30 wijst dus op een herbesmetting... behandelen dus!

Wat ik me wel afgevraagd heb is of het geven van de enkele druppels bachbloesems (crab apple en rescue) een verband hebben met het verhoogd aantal gevallen mijten. Maar ik heb geen representatieve nul test gedaan (wel getest, maar zonder vaseline,tegen oorwormen, aan de rand... bij die test waren er maar 3 mijten te tellen) dus neem ik het zekere voor het onzekere en beslis om mijn kast nog na te behandelen (waarover in een latere post meer).

Tot slot vertrouwde Jef me ook nog toe dat in 'zijn' tijd beginnende imkers nooit werden uitgenodigd om te komen kijken in de kast van een ervaren imker (zoals ik kwam doen). Je moest het toen maar doen met de verhalen bij een frisse pint aan den toog. Ik ben blij dat de dag van vandaag beide methodes simultaan toegepast worden.

En dus sloten we af met een pint van het schap (Jef dringt ze liever kelder fris).








woensdag 27 augustus 2014

Over varoa en wintervoeding

Varroa

Zoals elke imker wilde ik wel eens weten hoe het met de varroa besmetting bij mijn bijenvolkje was. Ziek zien mijn vele bijtjes er alleszins niet uit, zeker niet als je merkt met hoeveel haaldrift ze met velen in en uit de kast vliegen.

Om de varroamijten te tellen heb ik op mijn, uitschuifbare, bodemplaat een wit papier gekleefd en dit onderverdeeld in vierkantjes (dit voor als er heel erg veel mijten zouden vallen)

Aan de onderkant van mijn bijenkast zit een zg. mijtenrooster, waardoor de mijten die hun gastheer lossen (door sterfte of per ongeluk), netjes uit de kast vallen.

na 24 u heb ik de plaat onder de kast uit geschoven. Dat leek mee te vallen :-) Buiten veel stuifmeel en wasgruis (wat volgens mij wijst op een gezonde haaldrift en werksfeer) vond ik 3 mijten. Dit vond ik wel erg weinig, waardoor ik wat wantrouwig stond tegenover mijn eigen onderzoekje. De aanwezige oorworm zal hier ook wel voor iets tussen gezeten hebben. Oorwormen zijn immers verlekkerd op mijten en zouden de gevallen mijten dus even goed opgegeten kunnen hebben.



Na een telefoontje met Dirk kreeg ik de tip om de randen van mijn plaat in te smeren met vaseline, dit houdt de oorwormen tegen en geeft dus een accurater beeld. Een tweede telling een week later, deze keer met vaseline, gaf me 30 mijten. Volgens mij nog steeds een goed beeld.

Wintervoeding

Als de dagen beginnen te korten en de temperatuur daalt kunnen de bijtjes wel wat hulp gebruiken. Net op het moment dat het moeilijker is om voeding te halen worden de winterbijtjes geboren. Dit moeten sterke bijen zijn die de hele winter door moeten zorgen voor een warme gezellige kast en na de winter zorgen voor een doorstart van de kolonie.

Daar de gemiddelde imker de meeste honing uit de kolonie heeft gehaald hebben de bijtjes niet veel meer reserve om in geval van voedselschaarste aan hun larve te geven. In mijn geval is het nog een jong volkje die nog niet voldoende honing hebben kunnen verzamelen om de winter door te komen.

Op dat moment is de imker aangewezen op een suikeroplossing, deze wordt door middel van een bakje op de bijenkast gevoed aan de bijen. Ik heb het altijd wat moeilijk gehad met het geven van suiker aan bijen. Heerlijke honing vol heilzame eigenschappen wegnemen bij de bijen en een monotone suikeroplossing in de plaats geven... Dit klinkt niet echt logisch.

Zodra ik zelf honing slinger ben ik van plan om minstens een deel van de opbrengst terug te geven aan de bijen in geval van voedselschaarste (eind augustus begin september dus). Meer daarover volgend jaar.

Op dit moment ben ik aangewezen op suikeroplossing die ik kant en klaar gekocht heb. Om mijn toekomstige winterbijen meer kracht te geven voor de strijd tegen de varroa, hebben mijn vrouw en ik beslist enkele druppels bachbloesems toe te voegen bij de suikeroplossing.

Concreet gaat het per liter vloeibaar voedsel over
3 druppels bach rescue goed voor shock (het is nog een jong volk dat nog niet lang verhuisd is - ik denk niet dat het lang nodig gaat zijn om ze rescue te geven)
3 druppels bach crap apple, in een poging de bijen aan te sporen zich te verzetten tegen de varroamijt, zodanig dat ze de mijten herkennen als lichaamsvreemd en zelf meer de neiging hebben om de mijten buiten te houden.

Baadt het niet dan schaadt het niet... maar bij ons en onze katten hebben bachbloesems al wonderlijke dingen verwezenlijkt.

Mijn collega starter Steven heeft minder geluk, om zijn volk wat aan te sterken heeft hij een paar weken geleden voedseldeeg gelegd. Nu blijkt uit stalen van het FAVV dat bepaalde lotnummers van voederdegen een verhoogd gehalte aan hydroxymethylfurfural – HMF -  bevat. Dit is onschadelijk voor de volksgezondheid maar wel nefast voor de bijen.

Ik heb hem meteen aangeraden om ze te voeren met vloeibaar voedsel verrijkt met de bachbloesem rescue. Zijn bijen zullen zeker wat kunnen gebruiken tegen shock! (eveneens onder het mom van ...  baadt het niet dan schaadt het niet.... wordt vervolgd)





woensdag 13 augustus 2014

Een warm welkom van mijn volkje

Woensdag 13 augustus: een zonnige dag met wisselende bewolking. Rond 16u dacht ik na een week eens pols hoogte te nemen van mijn bijenvolkje. Ik was immers erg nieuwsgierig geraakt door de hoge activiteit aan de kast die ik zonder pardon elke dat tracht te observeren.

Vooraf had ik nagedacht wat ik wilde te weten komen:
  • ik wilde mijn koningin vinden (als oefening)
  • ik wilde weten hoe ver de waswafels aan de randen al verder opgebouwd waren
  • hoe het met het broed zat
  • hoe het met de voeding zat
Ondanks de dreigende wolken die begonnen aan te komen, besliste ik toch mijn kast even open leggen. Als klederdracht had ik een lange jeans aan, een oud chiro hemd (los uit de broek), opgerold tot aan de ellebogen, en een kapruin (zo'n imkerskap met gaas voor de ogen), bewust gekozen voor blote handen om meer voeling met het volk te hebben. :-D Tot slot... aangezien de meeste imkers beginnen zweren bij de waterspuit ipv roken als zijnde minder invasief en stresserend voor het bijenvolk had ik mijn roker maar in de doos gelaten.

De houtenplaat op de broedbak was al netjes vastgekit met propolis en de vrije ruimte boven de raten hadden de bijtjes netjes benut om raten te bouwen en vol honing te steken. De eerste raat eruit halen was geen probleem, netjes geinspecteerd.

Geen probleem tot het derde raam, de bijtjes vonden het niet zo prettig blijkbaar, enkele dappere van het volk wierpen zich vol overgave op mijn hand... hmmm, auwstj, daar had ik het.

ik liet het even voor wat het was, dacht na wat ik anders zou doen, want ik wilde echt wel mijn hele kast even bekijken.

Na een uurtje, heb ik toch maar mijn roker aangestoken, handschoenen aangetrokken :-), en vol goede moed terug naar mijn volkje. Met een beetje rook waren ze behoorlijk rustigere dan met wat water, de handschoenen werkte van geen meter en waren sneller uit dan dat ik ze aangetrokken had. Na een paar ramen hadden ze het wel gehad. Ze begonnen meer op te vliegen en ik had het gevoel dat de bijtjes onder mijn hemd onder door aan het vliegen waren (erg slim zo'n los hangend hemd). Ik hield het voor bekeken...

Resultaat van mijn eerste inspectie:
  • een opgezwollen hand
  • geen koningin gevonden (hopelijk niet omgekomen bij het manipuleren van de ramen)
  • een vage wetenschap hoe mijn kast er nu voor staat.
  • een hoop tips voor volgende keer:
    - hemd in de broek
    - roker aangestoken klaar bij de hand
    - mijn peter eens raad vragen of hij mee wil komen kijken
  • Een hoop vragen waarom de bijen gekozen hebben om tot de aanval over te gaan:
    - hebben ze te weinig plaats?
    - hebben ze honger?
    - zat het weer er voor iets tussen?
    - of het tijdstip van de dag?
Tot slot een poging van wat ik denk gezien te hebben:
  • de vier buitenste ramen waren ze haastig aan het bouwen en vol voeding? aan het steken
  • de drie binnenste ramen zaten voor een deel vol met honing en een deel met broed?
  •  de vier overblijvende ramen waren helemaal uitgebouwd en wat daar in zat... hmmm broed en honing?
hopelijk volgende keer een degelijkere beeld en update



zondag 10 augustus 2014

De verhuis

donderdagavond 7 augustus 2014 spreek ik rond 21u af bij Dirk. Dirk heeft in juni voor mij een koningin gekweekt en hiermee een nieuw volkje opgezet. Koninginnen kweken... het klinkt voor mij allemaal nog als hocus pocus.

Vol spanning wandel ik samen met Dirk naar het stukje "bush" in zijn tuin. Daar staan zijn kasten netjes opgesteld, en vol verwondering kijk ik naar mijn eigen kast. Vele bijtjes vliegen in en uit. Wat een verandering met enkele maanden geleden, toen de kast enkel wat netjes in elkaar getimmerd hout was.

Dirk en ik openen samen de kast. Mijn hartje gaat zowaar sneller slaan bij het zien van de vele bijtjes en het vele werk dat ze al verricht hebben: broed (open en gesloten), honing (open en gesloten), stuifmeel, nieuwe raten... knap werk!

Blijkbaar heb ik een reuzegrote koningin (daar ben ik blij om, zo kan ik ze beter vinden) en een roversvolkje. 'Mijn volkje' heeft zowaar twee zwakkere kasten van Dirk leeg geroofd. De overblijvende bijen zijn uit noodzaak bij in mijn kastje getrokken. Zo komt het, ondanks de jonge leeftijd van mijn volkje, dat ik toch een goed gevulde kast heb.

Nieuwsgierig vraag ik aan Dirk wat er nu van me verwacht wordt... 
"Niet veel" antwoordt hij. "De behandeling voor de gevreesde Varoa is reeds gebeurd op 'blote bijen' (bijen zonder broed, en zonder ramen). Geef ze over een week een litertje voeding, dan na twee weken nog eens een litertje, en dan begin je maar volop met inwinteren tegen september." (Inwinteren betekent dat je bijen van extra voeding voorziet, zodat ze voldoende voeding hebben om de winter door te komen).



Tegen 21u30 is de avond gevallen en komen de meeste bijen thuis van een dag hard werk. Twee spanriemen rond de kast, kruiwagen op, en de auto in voor een ritje van 50 km. Best wel een vreemd gevoel om met zo'n 40 000 bijen in de auto rond te rijden. Thuis aangekomen spreek ik de bijtjes bemoedigend toe en zet ik ze op hun  nieuwe plekje.



Sindsdien kan ik het niet laten om elke dag een paar minuten naar "mijn bijen" te gaan zien, om te observeren hoe de bijtjes in en uit vliegen. Ik probeer een glimp van stuifmeelpootjes op te vangen, en dan ben ik zo blij als ik de gele klompjes ontdek aan sommige pootjes. Terwijl ik zo naar mijn bijtjes kijk, besef ik dat ik nog niet veel van deze wondere wereld begrijp, ondanks een degelijke cursus als basis. Wanneer zal ik de knepen van het vak ooit beheersen? 



Gelukkig word je bij een hechte imkersgilde niet in de steek gelaten. Buiten Luc en Dirk is er ook nog een zekere Jozef uit de buurt die als een ware imkerpeter Steven en mezelf gaat bijstaan om te groeien tot echte Imkers. 

Ik kijk al uit naar de eerste kennismaking met Jozef.



woensdag 6 augustus 2014

tussen dromen en werkelijkheid

Het moet nu ongeveer een dik jaar geleden zijn. Ergens in mei 2013 zaten Sigrid (mijn lieve vrouw) en ik op een mooie lentedag na te denken over onze toekomstplannen. Dat klinkt allemaal heel erg groots, maar het hoort bij ons tot een regelmatig wederkerend fenomeen. Meestal in volle afwerking/realisatie van een vorige droom denken we dan na en dromen we van nieuwe projecten. Ons gezamenlijk moto is dan ook: dromen zijn de motor van het leven.

Het gesprek moet ergens tussen een hoop aarde en naast een gigantische put plaatsgevonden hebben, waar zich ondertussen ons terras bevindt, en zo op het moment dat Sigrid zich aan het beraden was om ons in te schrijven voor de VELT eco-tuindagen.

In een moment van onvoorzichtigheid moet ik me hebben laten ontglippen dat ik maar al te graag zou beginnen aan het houden van bijtjes,  als ik ooit wat tijd zou hebben. We hebben een mooie tuin, met eigen groentjes, kippetjes die voor eitjes zorgen, en daar horen misschien nog wel bijtjes bij. Sigrid was meteen gewonnen voor het idee van de bijtjes. Zoals in het verleden al vaker gebleken is: als de ene het idee van de ander meteen super vindt, is de stap tussen droom en werkelijkheid vaak maar erg klein.

En zo geschiedde. 4 juni 2013 stuurde ik mijn eerste mail naar een voorzitter van de plaatselijke imkersgilde ISABO vzw (Imkersgilde Sint Ambrosius Baal en Omstreken - what's in a name?):"ik zou graag starten met het houden van bijen, maar wil hiervoor uiteraard eerst een degelijke cursus volgen. Organiseren jullie in de loop van komende maanden ergens een imkercursus voor beginners?"

Na een zeer snel antwoord was het duidelijk: ik zou in het najaar starten aan een imkerscursus! Eentje die tot eind mei zou duren.  In de loop van augustus heb ik me bij een gezellige pint bij onze vrienden Steven en Bes mijn plannen laten ontglippen, en plotsklaps had ik een partner in crime. Steven zou samen met mij een poging ondernemen om imker te worden.

Sigrid sprak meteen van een Imkerscollectief (hoewel Steven en ik ons nog steeds geen imkers durven noemen) En Sigrid zou Sigrid niet zijn om na te denken over een passende naam en logo. Bijzonder imkerscollectief was geboren :-)



Vele gezellige vrijdagen later, waar trappist of geuze een waardige bontgenoot bleken te zijn, zijn we zo ver... mijn eigen kastje met zo'n 50 000 bijen (nee ik heb ze niet geteld) staat vanachter in mijn tuin! Een moment van onzekerheid overvalt me... wat moet ik hier nu mee?

Nee ik ben nog geen imker, dat staat vast, maar ik ben wel erg benieuwd of ik er eentje kan worden...